Konijnen zijn heel vruchtbare dieren, omdat ze vruchtbaar zijn zodra ze twaalf maanden oud zijn en dit ook blijven tot aan de leeftijd van vier jaar, al is het om gezondheidsredenen niet aangeraden om ze aan zo’n jonge leeftijd bewust te bevruchten .
Een zwangerschap bij een konijn is echter niet makkelijk te herkennen. Het bouwen van een nestje wijst immers niet altijd op een eigenlijke zwangerschap: schijnzwangerschappen komen even vaak voor. In dit artikel reiken we enkele tips aan om te bepalen of je konijn effectief zwanger is en vertellen we hoe je een zwangere voedster het best verzorgt.
Snel zoeken
Hoelang is een konijn zwanger?
De gemiddelde draagtijd van een konijn bedraagt 29 tot 33 dagen. Een konijn kan daarvan afwijken, maar als ze meer dan twee dagen overtijd is, breng je best een bezoekje aan de dierenarts. Een voedster werpt gemiddeld zo’n zes jongen per keer, maar dit kan oplopen tot veertien. Aangezien een konijn gedurende drie levensjaren vruchtbaar is, ook als het dier pas bevallen is, kunnen voedsters in één voorplantingsseizoen tot 30 jongen werpen.
Hoe weet je of een konijn zwanger is?
Het is niet makkelijk om op te merken of je konijn zwanger is, omdat het maken van een nestje niet altijd duidt op een zwangerschap. Soms merk je de zwangerschap pas twee dagen of zelfs één dag voor de bevalling op. Wil je al wat vroeger weten of je kleine konijntjes kunt verwachten, dan is het wegen van je konijn een logische eerste stap. Maar vergis je niet: je konijn zal niet zoveel zwaarder worden; het zit hem dus in de cijfertjes na de komma. Om je een idee te geven: een zwangere voedster zal in de eerste week ongeveer 0,0029 kilo bijkomen in gewicht; op het einde van de tweede week is dat gemiddeld 0,057 kilo extra.
Wil je zekerheid, vraag dan de dierenarts om je konijn te palperen. Dit is een techniek waarbij hij of zij voorzichtig de buik van het konijn uitwendig onderzoekt. Normaal gezien zijn de jongen reeds twee weken na de bevruchting voelbaar. Palperen moet uiterst voorzichtig gebeuren, want als het niet naar behoren wordt uitgevoerd, kan het schade veroorzaken aan de kleintjes. De meest betrouwbare techniek is – net zoals bij ons – een echo-onderzoek. Vanaf dag zes van de zwangerschap kan de dierenarts met 100% zekerheid zeggen of je konijn binnenkort zal bevallen.
Een zwanger konijn verzorgen
Maak vlak voor de uitgerekende datum het hok van je zwangere konijn goed proper. Dit kan tijdens de zoogtijd namelijk niet. Geef het ook voldoende hooi en voorzie het hok van extra absorberende bodembedekking. Je konijn zal dit samen met wat plukken van haar eigen vacht gebruiken om een warm nestje voor haar jongen te maken.
Om het je konijn zo comfortabel mogelijk te maken, zet je het hok best op een rustige plaats, ver weg van spelende kinderen of dichtslaande deuren. Je kan ook een werpkist aankopen, waarin je konijn in alle rust zal kunnen werpen. Eens je konijn een nestje heeft gemaakt, verschoon je het hok best niet meer.
Qua voeding blijft nagenoeg alles hetzelfde als voor de zwangerschap. Een zwanger konijn heeft niet meer voeding nodig. Blijf dezelfde voeding geven, samen met een flinke dosis hooi. Alleen in de laatste week voor de bevalling heeft je konijn nood aan extra eiwitten. Als je konijn meerdere nestjes na elkaar werpt, kan je best lactatiekorrels bijgeven.
Tijdens de zoogperiode heeft je konijn wel meer voedsel nodig, en bij een groot nest is dat vijf tot zes keer meer. Ook hou je de drachtige voedster best gescheiden van andere konijnen. Een zwanger konijn wil namelijk haar kroost beschermen en kan hierdoor agressief reageren op soortgenoten. Zorg er wel voor dat ze haar partner kan zien; dus kies voor een goed konijnenhok.
Gedrag van een zwanger konijn
Een zwanger konijn kan agressief en verdedigend uit de hoek komen. Dit is heel natuurlijk gedrag dat te wijten is aan een beschermingsdrang ten opzichte van haar toekomstige kroost. Ze zal zich dan ook moeilijk of zelfs helemaal niet laten oppakken. Meer nog, je pakt het konijn best gedurende heel haar zwangerschap niet op. Een zwanger konijn zal in haar laatste weken voor de bevalling beginnen nestelen. De voedster maakt dan een warm nestje voor haar toekomstige kleintjes, dat ze aanvult met vacht van op haar eigen buik. Wees dus niet verbaasd als je konijn haar eigen vacht begint uit te trekken.
Schijnzwangerschap bij konijnen
Je konijn kan ook het typische zwangerschapsgedrag stellen zonder dat het effectief zwanger is. Dit noemt men schijnzwangerschap : een verschijnsel dat amper te onderscheiden is van een echte zwangerschap. Je konijn zal dan eveneens een nest bouwen, plukken vacht uittrekken en het zelfgebouwde nestje verdedigen. Om zeker te weten of je babykonijntjes kunt verwachten, ga je best naar de dierenarts met je voedster. Soms weet je zelf dat je konijn onmogelijk zwanger kan zijn, doordat er bijvoorbeeld geen rammelaar in de buurt is geweest of omdat je konijn is gesteriliseerd.
Een konijn kan schijndracht vertonen door een hormonale verandering. Een vrouwelijk konijn heeft namelijk geen hormonale cyclus. De eiersprong vindt pas plaats na stimulatie, bijvoorbeeld de aanwezigheid van een (gecastreerde) mannelijke soortgenoot of het aanbreken van het voorjaar. Als een schijnzwangerschap slechts één keer per jaar voorkomt, hoef je je geen zorgen maken.
Bij meerdere schijnzwangerschappen zonder aanleiding breng je het konijn best naar de dierenarts voor een controle. Dit kan namelijk wijzen op baarmoeder- of eierstokproblemen. Bovendien zorgt een schijnzwangerschap voor veel stress bij de voedster zelf en haar hokgenoten.
Zwangerschap voorkomen
Een zwangerschap is niet altijd gewenst. De betrouwbaarste optie om (schijn)zwangerschappen te voorkomen is steriliseren. De dierenarts haalt dan onder volledige narcose de baarmoeder en eierstokken weg. Zo kunnen rammelaars en voedsters zonder kans op zwangerschap in hetzelfde hok verblijven.
Bovendien zal een gesteriliseerd konijn geen baarmoederkanker of baarmoederontsteking ontwikkelen, iets wat anders vaak voorkomt bij vrouwelijke konijnen. Je kan er natuurlijk ook voor kiezen om je rammelaars te scheiden van de voedsters, al blijft de kans op schijnzwangerschappen dan weliswaar nog altijd bestaan door de nabijheid van de rammelaar. Je kan uiteraard ook je rammelaar laten castreren.